Dat een energietransitie nodig is, dat is geen discussie meer. Er is echt een klimaatprobleem en snelle actie is geboden. Maar die actie moet wel effectief en efficiënt zijn om de klimaatverandering echt te stoppen. Daarbij baart de huidige uitvoering wel grote zorgen. Een goed onderbuikgevoel is dan niet voldoende!
De problemen concentreren zich op de volgende drie punten:
- Maatregelen moeten minimaal op Europese schaal, want het CO2 probleem speelt op wereldschaal. Lokale oplossingen lijken sympathiek, maar zijn weinig effectief op wereldschaal. Een voorbeeld is het sluiten van lokale kolencentrales. Niet omdat die kolencentrales niet vervuilend zijn, maar omdat we dan stroom gaan invoeren uit nog meer vervuilende centrales. Het is veel beter om het geld voor het sluiten van onze kolencentrales te besteden aan het sluiten van zeer vervuilende centrales in de Oost-Europese landen. En nog beter is een Europees plan waarbij de Oost-Europese kolencentrales eerst sluiten en daarna pas onze lokale kolencentrales. Dat kan uiteraard alleen als wij bereid zijn om die landen te helpen. Moeilijk, maar zo een Europese aanpak levert verreweg het meeste op.
- Draagvlak is essentieel en wordt steeds belangrijker. Bij grote veranderingen heb je altijd drie groepen, de voorop-lopers (bv 20%), de achterblijvers (bv 20%) en de grote middengroep. De voorop-lopers hoef je niet te overtuigen en de achterblijvers benaderen is redelijk zinloos. De voorlopers zeggen: "De aarde gaat kapot en de tijd van praten is voorbij". De achterblijvers ontkennen vaak het probleem. De grote middengroep zegt: "Wat gaat er gebeuren? - Wat gaat het kosten? - Kan ik het nog wel betalen?". Het is dan uiterst belangrijk om je energie te richten op de grote middengroep en je niet teveel te laten beïnvloeden door de soms luide discussie van de voorop-lopers en de achterblijvers.
Het is dan bijvoorbeeld zeer onverstandig om maatregelen te nemen die relatief weinig opbrengen, maar wel veel draagvlak kosten. Een argument van voorop-lopers is “alle beetjes helpen”, maar dat is geen goed argument voor een middengroep. En ander voorbeeld is een monsterlijke inspanning om oude bouw op het hoogste niveau te isoleren omdat dit sterk demotiverend is voor de middengroep. Dan kunnen we beter kijken naar alternatieve oplossingen. - Alle huidige oplossingen zijn min of meer in een ontwikkelingsstadium waar we nog steeds leren. Het is dan erg belangrijk om voorlopig meerdere opties open te houden en die niet te vroeg af te voeren! Veelgenoemde alternatieven als warmtepomp, aardwarmte en waterstof zijn allemaal nog in een ontwikkelingsfase. Als bijvoorbeeld blijkt dat aardwarmte heel veel problemen geeft (geologie) dat moeten we meerdere alternatieven beschikbaar hebben. Ook zal het een grote inspanning vergen om voldoende waterstof te produceren, maar levert wel zeer veel op! Daarom is het is belangrijk dat we blijven investeren in alle alternatieven.
Dan komen we bij voorbeelden van oplossingen in een ontwikkelingsstadium:
- Zon en wind. Deze technieken worden ook bewezen technieken genoemd, maar die technieken zijn nog volop in ontwikkeling. De fout die men maakt is een windmolen of zonnepanelen als een aparte zaak te beschouwen. Maar bij de energieproductie spelen drie zeer afhankelijke zaken: a) de windmolen/zonnepanelen, b) de leverzekerheid en c) het elektriciteit transport netwerk. Daarbij zijn b) en c) nog lang niet opgelost.
De continuïteit van de levering (lever zekerheid) van energie is een belangrijk aandachtspunt vanwege de aard van windenergie en zonnepanelen. Daarbij moet ook het elektriciteit netwerk op de schop. Het huidige netwerk is ingericht voor een aantal centrale elektriciteit centrales. Wat we nodig hebben is een netwerk dat decentrale elektriciteit opwekking aankan (zonnepanelen, windmolens) met sterk wisselende opbrengst.
De lever zekerheid kun je bereiken met bestaande oplossingen zoals gascentrales en groene kernenergie, maar anderzijds kun je ook opslagtechnieken gebruiken als waterstof en het verbranden van ijzerpoeder. - Van het gas af werkt prima voor relatief nieuwe woningen, maar kost een monsterlijke inspanning bij oude bouw en levert dan relatief weinig op. Ook geldt aardgas als relatief milieu vriendelijk, zeker in een overgangsperiode. Wat dan wel? Om te beginnen zoveel mogelijk isoleren “naar redelijkheid” en voor moeilijke woningen tevens overgaan op waterstof. Waterstof past in het bestaande leidingnet, is veilig en ketels zijn makkelijk aan te passen! De huidige generatie warmtepompen zijn dan beschikbaar voor nieuwere huizen die goed en in hoge mate te isoleren zijn.
- Waterstof uit aardgas is een overgang naar waterstof uit groene stroom. Aardgas wordt soms grijs genoemd, maar dat is niet helemaal terecht. De overgang, dus tijdelijk grijze waterstof, is hard nodig om nu al snel waterstof in te kunnen zetten en de bijbehorende infrastructuur te kunnen ontwikkelen. Ook zal het een grote inspanning vergen om voldoende waterstof te produceren, maar levert wel zeer veel op! Ontwikkel waterstof technologie in Europees verband en pas dat ook Europees toe. Wees zuinig op het huidige aardgasnet, want dat is ons toekomstige waterstof net.
- Hoe past kernenergie? Het is volkomen terecht dat de huidige kerncentrales dichtgaan. Ze zijn niet inherent stabiel en daarmee onveilig. Met name moeten ze gekoeld worden en als die koeling wegvalt dan worden ze instabiel met soms grote gevolgen.
Maar wat dan wel? De nieuwe generatie 4, bijvoorbeeld kleine Thorium centrales, zijn een prima en inherent veilige optie.- Gesmolten zout met Thorium centrales zijn inherent zeer veilig. Als er iets gebeurt met de koeling etc. dan stopt de reactie gewoon. Ook hebben zij geen kritische zaken als een speciaal reactorvat nodig. En er is brandstof genoeg voor eeuwen.
- Het afvalprobleem is vrijwel opgelost. Deze centrales hebben veel minder afval dat ook minder lang, bijvoorbeeld 300 jaar, bewaard hoeft te worden. Ook kunnen deze centrales het huidige en hun eigen afval onschadelijk maken!
- Je kunt met deze centrales veel minder goed kernwapens maken. Dat is een groot voordeel en de reden dat kernmachten ze links hebben laten liggen.
- De huidige ontwikkeling is het opzetten van kleine veilige flexibele centrales (Small Modular Reactors SMR). Klein betekent dat ze in een container passen en overal neergezet kunnen worden. Ook kunnen ze in serie fabrieksmatig geproduceerd worden, wat ze redelijk betaalbaar maakt.
- Een prima uitgangspunt is de driehoek “Wind – Zon – Kleine veilige Thorium centrales” als een eenheid te beschouwen. Daarmee heb je meteen b) de leverzekerheid en c) het elektriciteit transport opgelost. Ook heb je dan veel minder windmolens nodig (1/3) wat zeer goed is voor het draagvlak
- Dit is allemaal heel positief, maar de technologie is pas over 10 jaar beschikbaar. Maar de Covid-19 epidemie heeft laten zien dat iets heel snel kan als het een echte prioriteit gegeven wordt. Dus het is belangrijk dat we hier heel snel en heel veel in investeren zodat ze echt beschikbaar komen. En in Europees verband dus.
- Elektrisch rijden is redelijk milieuvriendelijk, maar loopt tegen grenzen aan. Namelijk met de wereldvoorraad Lithium kun je maar 20% à 30% van de auto's wereldwijd van accu’s voorzien. Dan is elektrisch rijden met waterstof brandstofcellen een veel betere oplossing voor auto’s, omdat de accu’s dan veel kleiner kunnen zijn. Ook is met waterstof het probleem met de actieradius dan grotendeels opgelost. Wat we nodig hebben is een maximale inspanning naar een waterstof gedreven mobiliteit, zoveel mogelijk in Europees verband. Dat is schoon met minder vervuilende accu’s en zelfde actieradius als huidige auto’s.
Waarschijnlijk worden de opkomende solid state accu's hier een extra alternatief. - De huidige warmtepompen zijn nog volop in ontwikkeling. Er worden al warmtepompen getest met een temperatuur van 60 a à 70 graden. Die zijn veelbelovend voor oudere huizen. De huidige generatie warmtepompen van rond de 40 graden zijn vooral geschikt voor maximaal geïsoleerde vaak nieuwe huizen.
Hoe nu verder? De meningen zijn verdeeld en vaak verschillend, dus wat is verstandig?
Een verstandige aanpak is het opzetten van een onafhankelijk ”OMT” die alle feiten en andere zaken op een rijtje zet. Misschien beter om dit EMT (Energietransitie Management Team) te noemen waarin wetenschappers en deskundigen van verschillende disciplines de centrale en decentrale overheden adviseren hoe om te gaan met de energietransitie.
Als je dat niet doet, dan krijg je partij politieke ideologieën van alle stromingen, dat is niet goed voor de geloofwaardigheid en lost niets op. Als we het oneens zijn over een punt, geef dan de discussie een eerlijke kans met zo een onafhankelijke ”EMT”.
Wat nog niet aan bod is gekomen zijn de investeringen om de gevolgen van de klimaat veranderingen op te vangen, zoals zeespiegelstijgingen en extreem weer. Immers als we in 2050 de energietransitie gedaan hebben, dan houden we nog vele jaren een verstoord klimaat. De reden daarvoor is de opwarming van de oceanen die tientallen jaren nodig zal hebben om weer af te koelen. Een energietransitie zorgt dat het niet erger wordt, maar het is niet genoeg.