Aanvankelijk was de zomertijd ingevoerd vanwege langer daglicht en dus minder energieverbruik voor verlichting. Nu is dat doel wel discutabel. Een uur eerder opstaan leidt tot opstaan met lagere buitentemperaturen en minder zoninval in de wat minder warme zomermaanden dus tot iets hogere verwarmingskosten. Het grootste voordeel is momenteel langere zomeravonden. Het terug- en vooruit zetten van de tijd leidt bij veel mensen echter tot gezondheidsklachten.
Minder energieverbruik voor verlichting is mede met de opkomst van verlichting met een hoger rendement niets vergeleken met het feit dat het stroomverbruik piekt tussen 18:00 h en 21:00 h. (In dagdienst) werkenden komen dan thuis. De TV gaat aan en er wordt steeds meer elektrisch gekookt en natuurlijk gaat na het eten meteen de vaatwasmachine aan. En het is nu net van april tot oktober dat een groot deel van deze stroompiektijd zonnepanelen nog stroom opwekken.
Van oktober tot april is er tussen 18:00 tot 21:00 weinig tot zelfs geen PV-stroom en kan de wintertijd dus gehandhaafd worden.
Wel of geen saldering maakt niet uit. Want de stroom die ook door ‘zonneparken’ in de zomer tussen 18:00 h en 21:00 extra gebruikt kan worden hoeft niet opgeslagen te worden of anders alsnog door fossiele brandstoffen opgewekt te worden.
De huidige zomer-wintertijd dient dus gehandhaafd te worden.